Jamal Amghar / Jamal Amghar
09 Specifieke werkzaamheden
 >  Veilig werken met elektriciteit
Introductie: elektriciteit op de werkplek.

Op de werkplek komen verschillende medewerkers in aanraking met elektriciteit zoals de medewerkers die met elektrisch aangedreven machines werken en monteurs die onderhoud uitvoeren of storingen verhelpen aan elektrische installaties (elektrotechnische werkzaamheden). In deze toolbox worden de risico's en de te nemen veiligheidsmaatregelingen van beide groepen besproken waarbij de opmerking gemaakt moet worden dat het hierbij gaat om laagspanningsinstallaties (< 1000 V).


Risico's > Risico's van elektriciteit

De belangrijkste risico's van elektriciteit zijn:

  • Stroom gaat door het lichaam door het aanraken van draden of apparaten die onder spanning staan (dit is bij een hoge stroomsterkte dodelijk);
  • Het ontstaan van een vlamboog door het maken van kortsluiting (dit kan leiden tot ernstige brandwonden).

Medewerkers die werken met en aan elektrische apparaten/installaties kunnen met beide genoemde risico's te maken krijgen.

Maatregelen > veiligheidseisen elektrische installatie.

Voor een veilige elektrotechnische bedrijfsvoering zijn in de Arbo wetgeving diverse normen/eisen gesteld aan elektrische installaties en apparaten. Het gaat hierbij om de vast aangesloten elektrische installatie, vast aangesloten machine en het  verplaatsbare (handzaam) elektrisch apparaat. 

Enkele gestelde eisen zijn:

  • Veilig ontwerp;
  • Afscherming van spanning voerende delen (denk aan kapjes plaatsen);
  • Beschikbaarheid van actuele schema's van de elektrische installatie;
  • Toepassen van vergrendelbare werkschakelaars en de juiste beschermingsgraad; 
  • Toepassen van dubbele isolatie en automatische afschakel beveiliging;
  • Vergrendelen van gevaarlijke plaatsen en gevaren aangeven met borden.
Maatregelen > Veilig uitvoeren elektrotechnische werkzaamheden.

Werken aan de elektrische installatie mag alleen plaatsvinden wanneer de installatie (in ieder geval het deel waar aan gewerkt wordt) spanningsloos is gemaakt. 

Vereisten hiervoor zijn:

  • Volledig scheiden;
  • Beveiligen tegen weder inschakeling;
  • Controleren of de installatie spanningsloos is;
  • Zo nodig zorgen voor aarding en kortsluiting;
  • Zorg dragen voor bescherming naastliggende actieve delen.

In de praktijk is spanningsloos werken niet altijd mogelijk. Voor het opsporen van een storing is het vaak noodzakelijk dat de installatie in bedrijf is en bij deze werkzaamheden zijn de risico's erg hoog. Het onder spanning werken aan een elektrische installatie mag alleen als is aangetoond dat dit dringend noodzakelijk is EN als op basis van een taakrisico analyse voldoende aanvullende veiligheidsmaatregelen zijn genomen.

Voldoende deskundigheid.

In een bedrijf moeten duidelijke afspraken worden gemaakt (en zijn vastgelegd) over personen die bevoegd zijn om te werken met elektrische installaties. zij moeten voldoende opgeleid zijn om te werken aan deze installaties. 

De volgende personen/functies moeten door het bedrijf zijn aangewezen:

  • Installatie verantwoordelijke (verantwoordelijk voor de elektrotechnische bedrijfsvoering);
  • Werkverantwoordelijke (verantwoordelijk voor elektrotechnische werkzaamheden);
  • Vakbekwaam persoon VP (deze kan de risico's van elektrotechnische werkzaamheden inschatten);
  • Voldoende onderricht persoon VOP (deze kan na instructie van de VP elektrotechnische werkzaamheden van beperkte omvang uitvoeren).

Verder moeten alle medewerkers die werken met elektrisch apparatuur voorgelicht worden over de gevaren van elektriciteit en veilige werkmethode.