Werken op en langs de tramweg brengt verschillende risico’s met zich mee. Om een veilige werkplek te kunnen creëren moet dus aan een aantal voorwaarden voldaan worden om de risico’s te beheersen. Hierbij houden we ten eerste rekening met aanrijd- en elektrocutiegevaar.
Daarnaast zijn er verschillende andere Arbo risico’s die we beheersen door gebruik te maken van de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen.
Naast een veilige werkplek behoort ook veilig gedrag om te komen tot veilig werken. Hierin speelt de mens een grote rol, want zoals u geleerd is: alleen een Veilige werkplek + Veilig gedrag = Veilig werken.
Enkele situatievoorbeelden met bijbehorende risico's en te nemen maatregelen:
De tram rijdt over rails en kan dus niet uitwijken:
Risico:
De Veiligheidsman Tram reguleert de doorkruising van de tram door de werkruimte (beheerste toelating).
De instructies van de Veiligheidsman moeten altijd worden opgevolgd.
Zorg bij het plaatsen van de afzettingen en signaleringen dat aanrijding wordt voorkomen.
DE TRAM WORDT GEVOED DOOR ONDER SPANNING STAANDE KABELS:
Risico:
Maatregel:
UITSCHAKELEN VAN DE KABELS:
U dient met de start van de werkzaamheden te wachten tot de medewerkers van het tram exploitant (bijv. GVB) ter plaatse hebben gemeld dat de spanning is afgeschakeld en is kortgesloten.
WERKEN AAN EN NABIJ ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES (DE BOVENLEIDING OF DE SPOORSTAVEN):
DE TRAM RIJDT DOOR STEDELIJK GEBIED EN IS OPENBAAR TOEGANKELIJK:
Risico:
Risico:
Maatregelen:
Risico:
Maatregelen: