Om de uithoornlijn te realiseren mogen wij gebruik maken van de aanwezige busbaan om zodoende het aantal voertuigbewegingen op de ondergelegen verkeerwegen te verminderen.
Om van deze busbaan gebruik te mogen maken, niet het risico te lopen ( bij normaal gebruik ) op een procesverbaal dien je in het bezit te zijn van een zo genoemde RVV- Ontheffing.
Er gelden wel een aantal voorwaardes voor deze RVV ontheffing , welke op de achterzijde van het document staan.
Dit document is te verkrijgen bij de portier.
Op de busbaan kom je een verkeerslicht tegen wat afwijkt van het gebruikelijke verkeerslicht.
Deze tram/bus lichten gelden ook voor bestuurders van voertuigen, niet zijnde een lijnbus, die een busbaan of een bus strook gebruiken waarop het licht betrekking heeft.
Het in Nederland gebruikte type verkeerslicht bestemd voor lijnbussen en trams wordt ook wel een negenoog genoemd.
Een negenoog toont maximaal negen lampjes in de ruimte waarin een verkeerslicht normaliter één lamp heeft: zes witte, twee rode en een gele. Afhankelijk van de richtingen die moeten worden getoond, kunnen er minder lampjes zijn, maar minstens vijf: twee rode, twee witte en een gele. De rode lampjes staan op de middelste rij links en rechts, horizontaal tegenover elkaar.
Hieronder zullen we de betekenis duiden van deze lichtjes.
De witte lichten staan altijd verticaal of diagonaal tegenover elkaar en geven behalve dezelfde betekenis te hebben als het groene licht op 'normale' verkeerslichten, ook de richting aan waarvoor het licht geldt. Geldt een wit licht voor meerdere richtingen, dan kan dit aangegeven worden door op de bovenste rij een tweede en eventueel een derde wit licht te laten branden, op deze manier in twee of drie richtingen wijzend. Als de witte lampjes knipperen betekent dit dat er nog kruisend verkeer mogelijk is.
Ga met elkaar in gesprek over het volgende: